Dag 8 : Piekeren en opschrijven

Piekerkwartier I Piekergedachten opschrijven: ochtend/middag

A) U begint weer met vijf minuten sterk piekeren.

B) Dan pakt u pen en papier/schriftje en schrijft u 10 minuten lang uw piekergedachten op. Een voorbeeld: ‘Ik ben bang dat ik op een feestje kom en dat mensen mij niet leuk

Tussendoor:

Schrijf tussendoor wanneer u aan het piekeren bent u piekergedachten op in het schriftje. Maak gebruik van steekwoorden. Stel de piekergedachten uit tot het volgende piekerkwartier.

Piekerkwartier II Positief piekeren oefening 1: avond

A) U begint met vijf minuten sterk piekeren.

B) De volgende vijf minuten besteden we aan een fantasieoefening. U gaat echter ook schrijven, dus neem pen en papier/schriftje erbij. Zoek nu een ontspannen houding. U sluit uw ogen en haalt een paar keer diep adem. U gaat in gedachten terug naar een gebeurtenis die u op dat moment erg gelukkig maakte. Denk hier zo sterk mogelijk aan. Kijk in gedachten om u heen en let daarbij ook op de kleine dingen. Welke kleuren zag u? Wat voor geluiden waren er te horen? Hoe rook het op dat moment? U gaat in gedachten 5 minuten terug naar deze gebeurtenis. Schrijf de gebeurtenis nu op.

C) Gebruik de rest van de tijd om uw werkboek in te vullen.

’s Nachts:

Doet u de oude doos/rugtas oefening. U heeft de oude doos/rugtas nog steeds onder het bed staan. Iedere keer dat u wakker wordt en piekergedachten krijgt stopt u deze in verbeelding in de doos of in de tas. U sluit de doos of de tas af en schuift deze weer onder het bed. Dan kunt u ze er de volgende ochtend weer uit halen.